De wetenschap heeft aangetoond dat iedere levende cel, dus ook een bevruchte eicel informatie uitwisselt met de omgeving, nog voor de hersenen er zijn. De eicellen van je moeder, dus het eitje waar jij uit bent ontstaan, worden al gevormd wanneer je moeder in haar moeders buik groeit! Alles wat je oma dus tijdens haar zwangerschap heeft ervaren, gevoeld en gegeten heeft, heeft invloed op het eicelletje waar jij uit bent ontstaan. Het gaat dus nog verder terug dan alleen de tijd in jouw moeders buik! Je blauwdruk wordt al ver voor je verwekking deels bepaald en de eicel heeft al heel wat informatie uitgewisseld voordat het bevrucht werd.
Uniciteit
Samen met de spermacel van de vader wordt bepaald welke genen het kind in wording in potentie krijgt. Ieder kind is uniek, niemand is hetzelfde. In hetzelfde gezin kunnen kinderen toch totaal verschillende karakters, talenten, voorkeuren, maar ook problemen ontwikkelen. Het ene kind is gevoeliger dan het andere. Het zijn de ervaringen en omgeving die bepalen hoe de aanleg zich zal ontwikkelen. Die aanleg uit zich in onze identiteit, zoals ons gedrag, onze psyche, de gevoeligheid voor stress, gezondheid en hoe we de wereld ervaren.